Vegetariërs eten geen vissen

En geen vis ook?

Elke vegetariër zal deze vraag wel al gehad hebben, meer dan één keer zelfs. Je vraagt een vegetarisch menu op restaurant en een ober vraagt je ‘of je toch geen vis eet?’. Of als je helemaal pech hebt, en het niet op voorhand duidelijk gezegd hebt wat je wel en wat je niet eet, kan het zelfs zijn dat ze de vegetariërs aan tafel een gerecht met vis voorschotelen. Tijdens een onderonsje op een receptie komt het ter sprake dat je vegetariër bent, en geheid vraagt er iemand ‘en eet je geen vis ook dan?’

vissen groeien niet aan de bomen
vissen groeien niet aan de bomen

Vegetariërs eten geen vissen

Voor alle duidelijkheid: neen, vegetariërs eten geen vissen. Geen kleintjes en geen grote. Geen zoetwater- noch zoutwatervissen. Geen gekweekte en geen wilde vissen. Het zijn voelende dieren, die nadat ze opgevist werden een gruwelijk langzame verstikkingsdood sterven. Naast het dierenrechtenargument speelt ook het ecologische aspect voor veel vegetariërs een belangrijke rol. Als de oceanen aan dit tempo verder leeggevist worden zwemmen er tegen 2030 of 2040 gewoon amper nog vissen. Het argument dat vissen eten ‘gezond’ zou zijn komt ook steeds meer op losse schroeven te staan, mede door de vervuiling van hun leefmilieu en allerlei rommel die in hun lichamen wordt opgeslagen.
Ik heb er geen idee van hoe de idee dat vegetariërs wél vissen zouden eten eigenlijk ontstaan is. Zouden er altijd al ‘zelfverklaarde vegetariërs’ geweest zijn die wel nog vissen aten? Het is alleszins een hardnekkig misverstand waar ik al meermaals mee geconfronteerd ben in de bijna twee decennia dat ik vegetariër ben.

Over pescotariërs en vegetarische restaurants met vis op het menu

Het misverstand wordt alleszins mee in stand gehouden door mensen die zichzelf vegetariër noemen maar wel nog vissen eten. Onlangs nog iemand die – toen ik liet vallen dat ik veganist ben – antwoordde dat ‘hij ook vegetariër is hoor! Maar ja, hij eet wel nog vis…’ Ook in de media wordt dit beeld vaak bevestigd, zo stonden pescostariërs in een artikel in De telegraaf vermeld als één van de vijf soorten ‘vegetariërs’.
En ook door restaurants die vissen serveren maar zichzelf toch een ‘vegetarisch restaurant’ noemen, of zo in de media neergezet worden. Over het recent geopende Rosenobel in Antwerpen kopte het Nieuwsblad dat er een ‘nieuw vegetarisch restaurant’ in het historisch centrum was (ondertussen zijn de vissen er blijkbaar van het menu geschrapt, maar er staat wel nog vlees op de kaart). Ook de Levensboom in Hasselt wordt in de media vaak als vegetarisch restaurant neergezet. De Gastvrijheid in Leopoldsburg en Lombardia in Antwerpen noemen zichzelf een vegetarisch restaurant, terwijl er ook niet vegetarisch wordt geserveerd. Het bevestigt bij veel mensen de idee dat ‘vissen eten’ ook onder de noemer ‘vegetarisch’ valt.

Als je vraagt om een correct gebruik van de term vegetariër, wil dat niet zeggen dat je een beschuldigende vinger opsteekt naar die mensen die het (nog) niet zijn.

Als je daar de terechte opmerking bij maakt dat de noemer ‘vegetarisch’ in deze gevallen de lading niet dekt zijn er geheid enkelen die dat blijkbaar als een negatieve charge ervaren. Of die counteren dat alle kleine beetjes toch helpen! Of die erop wijzen dat het toch al een stap in de goede richting is en ‘volledig vegetarisch’ niet voor iedereen gegeven is. ’t Is deksels nooit genoeg hé. Wees nu toch al eens content!

Maar daar gaat het helemaal niet om. Natuurlijk helpen alle kleine beetjes. En natuurlijk is het fantastisch dat die restaurants vegetarische menu’s aanbieden (waren er maar meer zoals de Levensboom in Hasselt die lekker veganistische gerechten op de kaart hebben!). En is het schitterend dat mensen hun consumptie van dierlijke producten al aanzienlijk verminderd hebben door geen vlees te eten. Als je vraagt om een correct gebruik van de term vegetariër, wil dat niet zeggen dat je een beschuldigende vinger opsteekt naar die mensen die het (nog) niet zijn.

vissen zijn geen groenten
vissen zijn geen groenten

Geen appelen met peren vergelijken

Correcte labels zijn wel degelijk van belang. Sommige mensen zien dit al snel als hokjesdenken, maar om fenomenen in de maatschappij te beschrijven moeten we nu eenmaal opdelingen, labels of categorieën maken.  Ook om vergelijkingen te kunnen maken tussen landen, evoluties in de tijd te beschrijven of de geschiedenis van een beweging te beschrijven is het belangrijk om met gelijke labels te werken, zodat we geen appels met peren vergelijken. Als je bijvoorbeeld het aandeel vegetariërs tussen verschillende landen wil vergelijken, is het belangrijk om in elke land dezelfde invulling van het begrip vegetariër te gebruiken, zodat je de cijfers naast elkaar kan leggen. Dit is niet alleen theoretisch van belang, maar ook om bv. de impact van campagnes of acties te evalueren of beleid op te baseren.

Alstublieft, om dit hardnekkig misverstand de wereld uit te helpen: als je nog vissen eet of serveert, doe het dan niet onder de noemer ‘vegetarisch’. Bedankt.

Pragmatisch

Een correcte invulling van ‘vegetariër’ is ook pragmatisch van belang. We willen echt wel voorbij het stadium geraken dat je ‘vegetarisch’ vraagt op restaurant en een vis geserveerd krijgt. Dat de ober voet bij stuk houdt ‘dat vegetariërs WEL vis eten, want mevrouw, er was er hier zo nog ene vorige week, en die at WEL vis!’  Dat er geen fishsticks als ‘vegetarisch’ over de toonbank gaan. En sommige vegetariërs gaan liever enkel nog naar volledig vegetarische restaurants, en en dan is het een onaangename verrassing om in een ‘vegetarisch restaurant’ geconfronteerd te worden met de geur van gebakken tong of pladijs.

Dus alstublieft, om dit hardnekkig misverstand de wereld uit te helpen: als je nog vissen eet of serveert, doe het dan niet onder de noemer ‘vegetarisch’.
Bedankt.

Tshirt

Zie ook onze eerdere blogpost: Over de veggie slager die er geen is. Noem een kat een kat.

UPDATE:
– vanaf 2014 serveert men in De Levensboom geen vissen meer.
– Rosenobel in Antwerpen is een tijdje dicht geweest, onlangs heropend, en zou nu vegetarisch zijn

7 Antwoorden aan “Vegetariërs eten geen vissen”

  1. Kleine correctie:
    De Gastvrijheid noemt zichzelf een vegetarisch EN visrestaurant precies om geen verwarring te veroorzaken. Wij doen dit in al onze communicatie maar spijtig genoeg niet op ons reclamepaneel tegen de gevel omwille van de kostprijs om dit te wijzigen.

    1. Hallo Eddy, we zijn al in De Gastvrijheid geweest en vonden het er zeer lekker! Ook schitterend dat jullie standaard een vegetarische menu aanbieden (en op aanvraag vegan).
      We schreven er eerder deze review over http://www.veggieleven.be/2013/de-gastvrijheid-vegan-eten-in-limburg

      We schreven toen ook dat we vinden dat de benaming ‘vegetarisch restaurant’ enkel kan bij een restaurant dat daadwerkelijk een vegetarisch restaurant is. Een restaurant waar dus geen vlees of vis wordt geserveerd. De benaming ‘vegetarisch en visrestaurant’ of ‘vegetarisch en vleesrestaurant’ is eigenlijk een contradictio in terminis, het eerste (vegetarisch resto) sluit het tweede immers uit. Vandaar ook de blijvende verwarring.
      Dat uitgebreide (en ook lekkere!) vegetarische en veganistische aanbod kan ook via andere manieren in de kijker gezet worden, zoals ook andere restaurants met veel vegetarische gerechten op de kaart doen, zonder dat ze zich de titel van ‘vegetarisch restaurant’ toemeten.

  2. Ik heb zelf Eddy Knevels van De Gastvrijheid gesuggereerd om de beschrijving van zijn restaurant te veranderen van “vegetarisch restaurant” naar “vegetarisch en visrestaurant”. Ik vind dat in zijn geval (en ook in het geval van De Levensboom de beste oplossing om duidelijk te maken aan mensen dat er hoofdzakelijk vegetarisch wordt geserveerd, geen vlees, maar wel vis. Het alternatief, het een gewoon restaurant noemen, zet vegetarisch helemaal niet in de picture en dekt de lading ook niet.
    Je kan het inderdaad misschien een contradictio in terminis noemen, maar ik denk dat deze manier van omschrijven meer voordelen biedt dan nadelen, ook al wat betreft de mogelijke verwarring die in dit artikel beschreven wordt: als je spreekt over vegetarisch en visrestaurant, maak je heel duidelijk dat vis niet vegetarisch is. In India zie je trouwens vaak “vegetarian en non vegetarian” op restaurants staan. We kunnen er heel semantisch over doen natuurlijk, maar in principe is de zaak opgelost wanneer je schrijft Restaurant en daaronder vegetarisch en vis, of vegetarisch en niet-vegetarisch (waardoor die vegetarisch niet meer als adjectief bij het woord restaurant staat), maar dat lijkt me allemaal wat ver gaan.
    Dus wat mij betreft houden zo. Geen gevaar voor verwarring, je maakt duidelijk dat er veel veggie is, en je zet het woordt vegetarisch extra in de kijker en helpt dus met het mainstreamen ervan.
    In het geval van Rosenobel is het uiteraard beter om dat geen vegetarisch restaurant te noemen.

  3. Ik denk dat je niet helemaal hebt begrepen hoe taal werkt. Er zijn allerlei uitdrukkingen in de taal die net niet kloppen. Neem bijvoorbeeld de veel gebruikte dat iets wel een lichtjaar kan duren, terwijl een lichtjaar een afstand is, geen tijdsbestek. Maar dat is wel wat die uitdrukking nu betekend in de Nederlandse taal. Taal werkt zo dat de manier hoe een woord wordt gebruikt door de meeste mensen ook de betekenis is. Ook als het een domme fout is. Vandaar dat je sinds enkele jaren ‘officieel’ als en dan door elkaar mag gebruiken, terwijl dat tot die tijd als een fout werd gezien. Dus als heel Nederland vind dat met het woord vegetariërs ook naar pescotariërs verwezen kan worden, dan is dat wat vegetariër in het Nederlands betekend.
    Ik ben zelf al 20 jaar een vis etende vegetariërs en had tot voor kort het woord pescotariërs nog nooit gezien. Eigenlijk zie ik mezelf niet eens als vegetariër, omdat dat meestal gekoppeld is aan wat mij betreft misplaatste idealen over dieren leed. Ik denk gewoon dat het gezonder is en voel me er lichamelijk beter bij.
    Je kunt niet verwachten dat heel Nederland zich gaat aanpassen aan wat jij vind dat een woord betekend. Ik vind bijvoorbeeld een vegetariërs die aspartaam en MSG wel eet ook heel gek, maar ik weet dat het woord nou eenmaal zo gebruikt wordt. Taal werkt bij de gratie van het feit dat we allemaal weten wat met een uitdrukking bedoelt wordt, dus als iedereen het fout gebruikt wordt dat de betekenis, of het nou klopt of niet. In een wetenschappelijke publicatie zou je daar wel aanmerkingen op kunnen maken, maar niet in de media of dagelijks taalgebruik.

Geef een reactie