Een antwoord op “‘Happy animals’ in het slachthuis”

  1. AR activisten wordt soms verweten dat ze antropomorfe voorstellingen van dieren hebben. Dergelijke antropomorfe voorstellingen zouden niet gerechtvaardigd zijn, en daarom zouden AR activisten van een verkeerde basis vertrekken om dierenrechten te verdedigen. Dit is natuurlijk een foute redenering. We hebben geen antropomorfisme nodig om te concluderen dat dieren gevoelens en gewaarwordingen hebben. Anders gezegd: je hoeft geen mens te zijn om pijn te kunnen lijden. Maar over antropomorfisme gesproken: wat moeten we van bovenstaand beeld denken?
    Ik heb hierover de volgende theorie: het beeld staat redelijk ver af van de realiteit (pamper voor het biggetje, strikje en jurk voor mama varken, broek voor papa varken), misschien heeft het dus wel als effect dat de afstand tussen ons en de varkens net groter wordt, en dat speelt natuurlijk in de kaart van de vleesindustrie. De referentie naar varken blijft hangen, maar het antropomorfe beeld maakt de afstand tussen varkens en mensen zo absurd groot dat het grappig wordt en de consument dus “veilig” (zonder zich schuldig te voelen) het varkensvlees kan opeten. Does that make sense?

Laat een reactie achter bij Dirk B.Reactie annuleren